


Om de wereld en andere mensen te begrijpen moeten we onszelf eerst begrijpen. Dat vraagt zelfreflectie, diepzinnig en nieuwsgierig zijn en daardoor begrijp en ken ik mijzelf inmiddels erg goed. Door veel psychologische kennis kan ik eigenlijk alles begrijpen van het menselijk gedrag. In mijn werk als counselor/trainer met mensen is dat erg belangrijk.
In mijn privéleven heb ik duidelijk scherpe grenzen en specifieke voorkeuren met wie ik graag omga. Ik voel steeds meer dat ik graag alleen ben en het liefst in een serene omgeving ben. Mensenmassa’s of grote groepen zoek ik niet meer op. De natuur en de zee steeds meer. De kwaliteit van interactie en contact met anderen is steeds belangrijker geworden en mijn inner cirkle werd daardoor kleiner. Ik blijf bezig om dat verdiepende en kwalitatieve in mijn leven uit te nodigen, met regelmaat bedenk en organiseer ik wat om nieuwe mensen te kunnen ontmoeten. Maar vooral heb ik het heerlijk met mijzelf en dat is een groot goed. Het laat ruimte voor een heldere blik en een vrije manier om in de wereld te bewegen en om zonder de aanwezigheid van anderen het enorm naar mijn zin te hebben. Juist dat vrije maakt mij gelukkig.
Op deze leeftijd heb ik geen behoefte meer aan erkenning en waardering van buitenaf. Ook is het geen noodzaak om een relatie te hebben, want ik voel mij compleet. Mijn vervulling en zingeving ligt met name bij mijn passies uitoefenen en het sociale aspect vind ik in de maatschappelijke initiatieven die ik al vanaf 1998 bedenk en organiseer. Een muze is nog welkom in mijn leven met af en toe een speciaal samenzijn maar een traditionele relatie met allerlei verplichtingen en voorspelbaarheid wil ik niet meer. Mijn geluk vind ik in vrijheid, creativiteit en blijvend nieuwe ervaringen opdoen.
Ik heb altijd van minderheidsgroepen deel uitgemaakt. Geen bewuste keuze maar mijn levensloop en de natuur der dingen heeft die ontwikkeling gebracht.
Ik werd afgestaan bij geboorte door een verkrachtte moeder en werd een geadopteerd kind en dat bleek uitzonderlijk en dat had natuurlijk zijn uitwerking op mijn psychologische ontwikkeling. Alleen staan werd vroeg vanzelfsprekend voor mij daardoor. Al jong had ik muziek maken en zingen als grote passie en uitingsvorm, en ik ging veel in dat muziek- en studiocircuit met mannen om, dat bleek ongebruikelijk voor een meisje. Ik voetbalde als kind veel en noemde mijzelf Ronnie omdat ik met de groep jongens wilde meedoen, ik was geen meisjesmeisje en zag er meer uit als een jongetje vanaf mijn achtste. Ik werd vanaf mijn 18e vrouwelijk in voorkomen maar pas rond mijn 32e begon ik een nieuw leven omdat ik mij tot het wezen vrouw aangetrokken voelde. Vanaf toen behoorde ik ook tot de minderheidsgroep van homoseksuele mensen. Later merkte ik dat erg vrouwelijk binnen de lesbische community ook uitzonderlijk was, want ik zag veel stoere, jongensachtige vrouwen. Als dertiger ontdekte ik tevens dat huisje-boompje-beestje niets voor mij was, daardoor behoorde ik niet tot de maatschappelijke norm van trouwen en een gezin stichten. Kinderen wilde ik vanaf mijn elfde al niet omdat ik mijn vrijheid veel belangrijker vond en het adoptiegezin geen inspirerend voorbeeld was. Dus allemaal ontwikkelingen en keuzes die met vrijheid en non-conformisme te maken hadden. De innerlijke rijkdom die door zelfliefde kon ontstaan had nog veel werk nodig maar dat lukte vanaf 2010.
Nu ik ouder ben weet ik dat ik een gelukkige solist ben, dat ik vrij wil bewegen en opbloei van afwisseling en nieuwe ervaringen opdoen. Ik ken geen eenzaamheid of isolatie omdat ik het heerlijk vind om alleen te zijn. Alles waar ik blij van word is in mijn leven. Voor mij voelt dit alles uitermate natuurlijk. Dit is het leven dat ik wil. Een leven met vrijheid, creativiteit en natuurlijkheid. Mijn behoefte aan vrijheid is veel sterker dan mijn behoefte aan dagelijkse verbondenheid. Verbondenheid ervaar ik op allerlei manieren: tijdens de clubs die ik organiseer, in vriendschappen, met mijn poezenmeiden, als ik muziek maak of schrijf, als ik thuis ben in mijn heerlijke huisje waar ik mij helemaal thuis voel. Ik voel mij diep verbonden met mijzelf en daardoor kan ik mij met alles verbonden voelen, indien ik daar maar zelf een keuze in heb.
Als ik mijzelf van een afstand beschouw, dan begrijp ik dat ik zowel door temperament als door levensloop deze kant ben opgegroeid. Ik had me ook op zekerheden en veiligheid kunnen richten maar klaarblijkelijk trok dat veel minder en koos ik voor vrijheid, avontuur en creativiteit. In zowel werk als sociale aspecten komt dit nog steeds naar voren. Ik heb de afwisseling en inspiratie nodig om een gevoed hart te behouden, waardoor ik weer creatief wordt en als ik creatief ben, dan ben ik gelukkig.